Optisch kleurmengen
De wereld om ons heen is een steeds veranderend schouwspel van kleuren. Om dit in een schilderij te kunnen vangen is kennis van kleurleer nodig.
In het boekje ‘Kleur!’ van Royal Talens wordt het volgende uitgelegd; het ontstaan van kleur, de eigenschappen van kleur, het mengen van kleuren en schilderen met kleur.
Aan de hand van voorbeelden en uitleg over diverse technieken wordt ingegaan op de mogelijkheden om het gewenste resultaat te bereiken.
Hieronder een voorbeeld van optisch kleurmengen. Deze techniek vind je terug op pagina 23 van het boekje ‘Kleur!’.
Ga lekker naar buiten om een foto te maken van een omgeving waar veel diepte in zit, of kies een bestaande foto. Kies vervolgens de uitsnede die je wilt gebruiken voor je werk.
Gebruikte materialen
- Rembrandt acrylpapier
- Amsterdam penselen: een fijn penseel en een middelgroot gussow penseel
- Amsterdam Standard Series: Zinkwit 104, Titaanwit 105, Ultramarijn 504 en Sapgroen 623
- Amsterdam acrylic markers (Medium): Ultramarijn 504, Primaircyaan 572, Phtaloblauw 570, Sienna gebrand 411, Omber gebrand 409, Neutraalgrijs 710, Permanent groen 618, Geelgroen 617, Primairgeel 275, Gele oker 227, Azogeel Diep 270, Oxydzwart 735
- Amsterdam acrylic markers (Small): Titaanwit (105)
- Van Gogh grafietpotlood (hardheid naar keuze)
- Bruynzeel Design kneedgum
Stap 1
Schets met potlood op acrylpapier. Niet alles wat op de foto staat hoef je in de schets op te nemen. Op deze foto stond een grote boom precies in het midden van de gekozen uitsnede. Die zou veel aandacht trekken en is hierdoor niet getekend. Zorg er daarnaast voor dat je niet te veel afleidende details op de rand van je werk afbeeldt. Zo vestig je de aandacht op het onderwerp.
Stap 2
Schilder de eerste laag voor de lucht met acrylverf (105 & 504) en een grof penseel.
Let op! Net boven de horizon is de lucht altijd lichter dan verder naar boven. Zet dit op met grove streken. Ga vervolgens verder met de grove onderschildering van de gebouwen en vormen. De vlakken met penseel en de fijne delen met marker
Stap 3
Breng meer details aan in zwart en blauw. Kijk naar de ruimtelijke werking. Hoe groter het kleurcontrast, hoe dichterbij de objecten komen. Daarom zijn in dit werk de schaduwen van de huizen eerst zwart en dan blauw gemaakt. Zo lijken de huizen verder weg dan wanneer je de schaduw zwart maakt. Door de twee kleuren over elkaar heen te gebruiken krijg je een dieper blauw. (‘Kleur!’ - “Helderheid en ruimtesuggestie”, p. 28)
Stap 4
Teken nu de boomlijn in met marker. Eerst de donkere vorm, daarna lichtere stippen in wit, oranje en geel voor de ruimtelijke werking. De bomen zijn in eerste instantie te dichtbij. Dit verhelp je met blauwe stippen boven in de bomen. (Kleur! – “Optisch kleurmengen”, p. 23).
TIP: Wacht voor optische kleurmenging tot de onderste laag droog is, anders mengt de verf in natte toestand met elkaar.
Stap 5
Voeg steeds meer details toe. Probeer veel met stippen en lijnen over elkaar te werken om een optische menging van kleuren te creëren. Kijk hierbij goed of de schaduwen en het perspectief nog kloppen. Voeg met de dunne marker (small) witte details toe.
Stap 6
Werk tot slot het water bij. Maak de witte vlakken turquoise (met penseel). De witte en donkere lichtreflectie op het water maak je met een marker. Door dit met zowel wit als blauw te doen krijg je ook hier weer een optische kleurmenging. (Kleur! – “Optisch kleurmengen”, p. 23).
Tip: De kleuren van de markers kan je mengen zolang de verf nog nat is door over elkaar heen te tekenen. Ook kan je een lijn maken met de marker en deze met een penseel vervagen en uitstrijken (zie de witte silo rechts).